Nieuws

Beëindiging van hoofdelijke aansprakelijkheid FE btw

Rechtbank Zeeland-West-Brabant: Bij het verlaten van een fiscale eenheid voor de omzetbelasting eindigt de hoofdelijke aansprakelijkheid van een bv voor de btw-schulden van de fiscale eenheid pas zodra de Belastingdienst daarvan schriftelijk is ingelicht.

Een bv was sinds 2011 samen met vier andere bv’s onderdeel van een fiscale eenheid (FE) voor de omzetbelasting. Er was daarvoor een beschikking afgegeven. In 2016 trad de bv uit de FE, hetgeen was vastgelegd in een brief van de Belastingdienst van 9 september 2016. De ontvanger van de belastingen stelde de bv op 22 november 2019 aansprakelijk voor de omzetbelastingschulden van de FE. Het ging om naheffingsaanslagen omzetbelasting over 2012, 2014 en 2015. De bv tekende bezwaar en beroep aan tegen de aansprakelijkstelling. Zij stelde feitelijk niet te hebben voldaan aan de voorwaarden voor deelname aan een FE omzetbelasting. De Rechtbank merkt op dat de bv alleen aansprakelijk was gesteld voor omzetbelastingschulden van de FE over de periode waarin zij onderdeel uitmaakte van die FE. Nu een beschikking FE omzetbelasting was afgegeven, blijft de hoofdelijke aansprakelijkheid van de deelnemende vennootschappen gelden totdat de Belastingdienst schriftelijk is ingelicht over het niet meer bestaan van de FE. Die hoofdelijke aansprakelijkheid bestaat ook gedurende de periode dat men door gewijzigde omstandigheden niet langer voldoet aan de materiële voorwaarden voor het bestaan van een FE. Zelfs als de bv niet meer voldoet aan de voorwaarden om tot de FE te behoren, betekent dat niets voor de aansprakelijkheid. Het beroep van de vennootschap is ongegrond.  

Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 3 november 2022. ECLI:NL:RBZWB:2022:6417, 6418 en 6419

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email