Op 1 januari 2025 eindigt het handhavingsmoratorium voor de Wet DBA. De Belastingdienst zouden beginnen met controles bij opdrachtgevers en opdrachtnemers, en mogelijk ook boetes opleggen. Er is op 1 oktober een motie aangenomen om niet meteen te beginnen met controles bij alle opdrachtgevers en zzp’ers.
De indieners van de motie willen hiermee de ontstane onduidelijkheid en onrust over de komende handhaving wegnemen. Volgens de Kamerleden maken zowel zzp’ers as opdrachtgevers zich zorgen over de gevolgen van de aangekondigde controles. Een groot aantal opdrachtgevers begint voor de zekerheid niet aan een samenwerking met zzp’ers of zet de samenwerking niet voort. Het afzien van een samenwerking is echter vaak wettelijk gezien niet nodig. In de motie wordt de regering verzocht om de handhaving op de toepassing van de Wet DBA voorlopig anders in te richten. De Kamer wil dat er ten minste één jaar alleen risicogericht wordt gehandhaafd. Bij de handhaving zou er vooral aandacht moeten zijn voor probleemgevallen zoals gedwongen zelfstandigheid, onderbetaling, evidente schijnzelfstandigheid en arbeidsmigrantieconstructies. De Tweede Kamer wil in het kader van de handhaving ook het volgende:
- Vóór 1 november 2024 duidelijke richtlijnen op de website cab de Belastingdienst voor de invulling van de handhaving.
- Coulance voor onbewust onbekwame zelfstandigen, dus niet direct boetes opleggen.
- Kijken hoe de landbouwsector kan worden uitgezonderd van de verplichte AOV voor zelfstandigen.
- Er moeten per 1 januari 2025 geen schijnzelfstandigen meet werken binnen de Rijksdienst.
- Vooroverleg over de toetsing van arbeidsrelaties mogelijk maken.
- Al goedgekeurde modelovereenkomsten moeten effectief van kracht blijven.
Bron: Tweede Kamer, 1 oktober 2024, 31311 nrs. 264, 265,266,267,269,275