Hof Arnhem-Leeuwarden: indien fiscaal partners in hun aangifte inkomstenbelasting bij verdeling van het inkomen uit eigen woning een bepaalde verhoudingen hebben gekozen, kunnen zij dat herzien, totdat de (navorderings)aanslag onherroepelijk vaststaat.
Een man en een vrouw hadden in de aangifte IB de inkomsten uit eigen woning 72/26 verdeeld. Na overlijden van de man dienden de erven en de vrouw een gecorrigeerde aangifte IB in met een onderlinge verdeling van de inkomsten uit eigen woning van 42/58. De inspecteur vorderde na op basis van 74/26. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelde dat de onderlinge verdeling kan worden gewijzigd totdat zowel primitieve aanslag als navorderingsaanslag onherroepelijk vaststaat.
Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden, 13 februari 2024, ECLI:NL:GHARL:2024:1090 en 1091